Innovatie

Innovatie-zones

  • 27 augustus 2013

Innoveren kan in allerlei gradaties. Incrementele innovatie staat voor stap je voor stapje steeds weer wat verbeteringen aanbrengen terwijl disruptieve innovatie alle conventies ter discussie stelt en radicaal de vernieuwing opzoekt. De een is niet perse beter dan de ander. Het is afhankelijk van de marktontwikkelingen.

In een eerdere blog heb ik het over vier verschillende creatieve zones gehad. Elk van deze creatieve fases heeft z’n waarde. Ook hier is de ene niet beter dan andere. Deze vier zones kun je ook vertalen in vier innovatie-zones. Zone 1 is de alledaagse praktijk waarin je zonder echt specifieke aandacht aan innovatie te schenken, je dienstverlening aanpast. Gewoon op basis van je vakmanschap en ondernemersmentaliteit. In de tweede zone ben je al bewust met verbetering bezig. Dit is de fase waarin incrementele innovaties passen. Met eenvoudige middelen kunnen al verrassende vernieuwingen worden gerealiseerd.

Als mensen het over innovatieve producten hebben, bedoelen ze meestal producten die verrassend zijn. Nieuwe dingen waar je soms even aan moet wennen. Zone 3 bevat daarmee de meer radicale innovaties. Met dergelijke innovaties neemt de producent duidelijk risico’s. Dit is het grootste verschil met zone 2, daar zijn de risico’s laag. Slaagt de vernieuwing, dan heeft hij ook direct een voorsprong op de concurrentie.

En tot slot vind je de disruptieve innovaties in de vierde innovatie-zone. Hier zijn de producten of diensten zo vooruitstrevend dat de grote massa hier nog niet aan toe is. Voorlopers testen ze graag uit en pas wanneer daarna belangrijke rolmodellen zich ook hiermee gaan afficheren komen dergelijke innovaties in het zicht van grotere groepen consumenten.

Als organisatie moet je afvragen in welke innovatie-zone je actief wil zijn. Wat is je positionering in de markt ten aanzien van vernieuwing? Eerder gaf ik aan dat iedere innovatie-zone z’n waarde heeft. Dat klopt, maar blijf je steken in de eerste zone dan bestaat de mogelijkheid dat je op niet al te lange termijn overbodig raakt. Wil je bewust omgaan met innoveren, dan zul je actief bepaalde risico’s moeten nemen.