ArtSurfing

Twee Griekse goden balanceren

  • 12 september 2011

Als snel na de start van ArtSurfing stelde ik mezelf de vraag: wat is kunst eigenlijk? Een volwaardig antwoord heb ik nog niet gevonden maar kwam tot de volgende definitie; bewust het onbewuste zichtbaar maken.

Voor opdracht #6 mocht ik me verdiepen in de opvattingen van Nietzsche ten aanzien van kunst. Hij presenteerde de Griekse goden Apollo en Dionysus als de twee tegenpolen die samen er voor zorgen dat kunst ontstaat. Kunst moet volgens Nietzsche ‘het wezen van de werkelijkheid’ tot uitdrukking brengen. En dat is niet perse mooi, maar vooral eerst een wilde en agressieve werveling van krachten.

Dionysus vertegenwoordigt deze energie. Als god van de roes, de dronkenschap en wijn vertegenwoordigt hij het wilde en losbandige. Dit levert echter nog niet perse kunst op. Pas door daar een soort van orde in aan te brengen is dit mogelijk. En die vormgeving of beheerste uitdrukking wordt door Apollo gesymboliseerd.

Nietzsche stelde het ook in die volgorde voor, eerst de roes dan de rede. Maar vanaf de Romeinen tot heden heeft de rede een meer dominante positie gekregen. Dat zie je al terug in de strak vormgegeven zuilen in Rome en onze hedendaagse neiging om feiten boven gevoelens te plaatsen.

Ik zie hier ook mooie parallelen met Creatief Denken. Je combineert het wilde/vrije (divergeren) met afwegen/afbakenen (convergeren). En ook hier zie je dat veel mensen moeite hebben om los te komen van hun kaders. Niet direct begrip hebben voor het chaotisch ‘out-of-the-box denken’.

Eenmaal meegenomen in die stroom van ideeën kunnen ze in een flow raken en verrukt zijn van de ontdekking van echt nieuwe oplossingen. Die magie van creatief denken heeft dus veel overeenkomsten met kunst.